1. Berekening duur WW-uitkering, 1.3. Stappenplan(Werkloosheid)
Deze paragraaf is bijgewerkt tot 16 februari 2015
Voor de berekening van de uitkeringsduur dienen de volgende stappen te worden gevolgd:
1. Voldoet de werknemer aan de wekeneis (art. 17 t/m 17b WW)?
2. Voldoet de werknemer aan de arbeidsverledeneis (zogenoemde vier-uit-vijf-eis) of had de werknemer onmiddellijk voorafgaande aan de eerste werkloosheidsdag een arbeidsongeschiktheidsuitkering (uitkering, genoemd in art. 19, lid 1, onderdeel b t/m d, WW)?
3. Zijn er uitkeringsdagen of een periode van maximaal achttien maanden onbetaald verlof die met loondagen of perioden van acht uur loon kan worden gelijkgesteld (art. 42a, lid 1 en 6, WW)?
4. Zijn er uitkeringen of inkomensbestanddelen die niet als loon moeten worden aangemerkt (art. 42a, lid 7 en 8, WW)?
5. Zijn er op grond van het Besluit loondagen Werkloosheidswet en Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen nadere regels voor de vaststelling van het aantal loondagen of perioden van acht uur loon (art. 42a, lid 9, WW)?
6. Zijn er jaren met verzorgingsforfait of mantelzorgforfait (art. 42a, lid 2 t/m 5, WW) die als kalenderjaren voor de ‘vier-uit-vijf-eis’ moeten worden meegeteld?
7. Als stap 1 en 2 bevestigend kunnen worden beantwoord, volgt vaststelling van de duur van de WW-uitkering op basis van berekening fictieve en werkelijke arbeidsverleden.
8. WW-uitkering in verband met vorst (art. 18 WW) wordt voor de vaststelling van de uitkeringsduur niet meegeteld.
9. Is verlenging van…