1. Later ontstaan en herleven WIA-uitkeringsrechten, 1.1. Algemeen(Ziekte en re-integratie)
Deze paragraaf is bijgewerkt tot 16 februari 2015
Een aanspraak op een WIA-uitkering (zowel IVA- als WGA- uitkering) kan ook ontstaan nadat de wachttijd ruimschoots is verstreken of nadat een WIA uitkering is beëindigd.
Later ontstaan van een uitkeringsrecht Wet WIA
De uitkeringen ingevolge de Wet WIA kunnen ook ontstaan nadat per einde wachttijd de werknemer minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht, wanneer sprake is van toegenomen arbeidsongeschiktheid of in specifieke omstandigheden waardoor eerder geen uitkering kon worden toegekend.
Het leerstuk van het later ontstaan van een uitkeringsrecht geldt voor alle uitkeringsvarianten genoemd in de Wet WIA. De voorwaarden voor het ‘later ontstaan’ van een IVA- of WGA-recht zijn vrijwel identiek. Een verschil is er in gelegen, dat een niet ontstaan of beëindigd recht op WGA-uitkering niet meer kan ontstaan of herleven na 5 jaar, indien de niet-toekenning of de beëindiging is gelegen in het feit dat de uitsluitingsgronden detentie, onttrekking aan een vrijheidsstraf/vrijheidsbenemende maatregel of wonen buiten Nederland, ten grondslag lag aan het niet ontstaan of het beëindigen van de WGA-uitkering. De reden voor dit verschil is er in gelegen, dat de wetgever onvoldoende re-integratiemogelijkheden ziet voor degenen die langer dan vijf jaar geen contact meer hebben gehad met de arbeidsmarkt (in Nederland) en daarbij geen uitkeringsrecht wil bieden aan degenen die gedeeltelijk arbeidsgeschikt zijn.
Later ontstaan van een recht op IVA-uitkering ( art. 48 Wet WIA )
Een recht op IVA-uitkering kan later ontstaan indien:
1. De werknemer aanvankelijk een WGA-recht had en nadien volledig en duurzaam arbeidsongeschikt wordt. De oorzaak van…