9. AAOP (ABP ArbeidsongeschiktheidsPensioen), 9.3. Uitgangspunten(Ambtenaren)

Deze paragraaf is bijgewerkt tot 14 mei 2014

Het AAOP wordt op aanvraag toegekend en het AAOP wordt alleen toegekend als er sprake is van een recht op een arbeidsongeschiktheidsuitkering of een WGA-uitkering die verband houdt met de dienstverhouding waaruit het deelnemerschap wordt ontleend als bedoeld in het pensioenreglement (art. 11.3).

Voor de toepassing van de bepalingen van hoofdstuk 11 wordt het arbeidsongeschiktheidspercentage als bedoeld in art. 6 Wet WIA als uitgangspunt genomen. Een wijziging van dit percentage leidt direct tot een overeenkomstige wijziging van het AAOP (art. 11.4).

Sancties die worden opgelegd onder de werking van de Wet WIA werken direct door in het AAOP (art. 11.5)

De grondslag voor het AAOP is het inkomen in het jaar voorafgaand aan het jaar waarin het recht op AAOP ontstaat. Een leeftijdskorting op het salaris werkt niet door in het AAOP (art. 11.6). Ten aanzien van dit begrip kan nog enige discussie ontstaan. Maar uit de toelichting bij het Pensioenakkoord en de uitwerkingen hiervan moet er van worden uitgegaan, dat hieronder moet worden verstaan het jaarinkomen dat vooraf is gegaan aan het eerste jaar waarin de ziekte is ontstaan.

Als een deelnemer recht heeft op een suppletie-uitkering, dan ontstaat het recht op AAOP pas nadat het recht op de suppletie-uitkering is geëindigd (art. 11.3).