Naar de inhoud

Commentaar op Handelsregisterwet 2007 art. 18 (OR-algemeen)


Commentaar is bijgewerkt tot 13-03-2015 door mr. P.J.M. Jong

Artikel 18 Tekst van de hele regeling

1.

Tot het doen van opgave ter inschrijving in het handelsregister is verplicht degene aan wie een onderneming toebehoort, of, indien het de inschrijving betreft van een rechtspersoon als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel a en b, het tweede lid en derde lid, ieder der bestuurders van de rechtspersoon.

2.

Indien het eerste lid niet van toepassing is, is tot het doen van opgave ter inschrijving in het handelsregister verplicht degene die belast is met de dagelijkse leiding van een onderneming of rechtspersoon.

3.

Indien geen van de in het eerste lid bedoelde personen in Nederland is gevestigd, is tot het doen van de opgave tevens verplicht degene die in Nederland belast is met de dagelijkse leiding van een onderneming of rechtspersoon.

4.

Indien een onderneming of rechtspersoon buiten Nederland is gevestigd, is tot het doen van de opgave tevens verplicht degene die belast is met de dagelijkse leiding van de hoofdnederzetting of, indien die er niet is, de door de onderneming of rechtspersoon aangewezen gevolmachtigde handelsagent.

5.

Tot het doen van opgave ter inschrijving in het handelsregister is een publiekrechtelijke rechtspersoon verplicht.

6.

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen andere personen worden aangewezen die verplicht of bevoegd zijn tot het doen van daarbij aangewezen opgaven.

A: Inleiding

Wat betreft wetsgeschiedenis en jurisprudentie tot heden bijgewerkt.

B: Wetstechnische informatie

Voor de wetstechnische informatie verwijzen wij u naar de historische informatie bij Artikel 18.

C: Kernproblematiek

Doordat er nu één digitaal register is, kan een opgave worden ingediend bij iedere kamer van koophandel. Dit vloeit voort uit het zesde lid. Deze mogelijkheid is nieuw. Wel blijft slechts de kamer van koophandel waar de onderneming of rechtspersoon is gevestigd of die de hoofdvestiging heeft, formeel bevoegd om de opgave in te schrijven. Dit is ingegeven door de gedachte dat die kamer een goed beeld heeft van de plaatselijke situatie en dus goed in staat is de opgave te behandelen. De praktijk is echter dat in bepaalde situaties de kamers een mandaat hebben om namens de formeel bevoegde kamer de opgave te behandelen en in te schrijven.

D: Jurisprudentie uitgebreid

Bij dit artikel is nog geen belangrijke jurisprudentie aanwezig.

E: Jurisprudentie nieuw

Meest recente jurisprudentie over Handelsregisterwet 2007 artikel 18.

F: Literatuurverwijzing

  • Veldhuyzen, W.R. en P.J.M. Jong, Het handelsregister, Deventer: Kluwer 2009.