De positie van de kerkelijke rechtspersonen na de fusie van de Samen-op-Wegkerken tot de Protestantse Kerken in Nederland en de regels betreffende hun vertegenwoordiging
1. Inleiding
Op 12 december jl. is door de synoden van de Nederlandse Hervormde Kerk (NHK), de Gereformeerde Kerken in Nederland (GKN) en de Evangelisch Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden (ELK) – ook wel SoW (Samen-op-Weg)kerken genoemd – afzonderlijk het gelijkluidende besluit genomen dat zij per 1 mei 2004 zouden fuseren tot Protestantse Kerk in Nederland (PKN). In deze bijdrage zal ik eerst de juridische aspecten van deze fusie bespreken (nr. 2). Vervolgens ga ik na welke rechtspersonen er in de PKN zijn, op landelijk en regionaal vlak (nr. 3). Daarna worden de kerkelijke rechtspersonen op plaatselijk vlak behandeld (nr. 4.1) de plaatselijke fusie (nr. 4.2) en de vraag of plaatselijke gemeenten/kerken zich aan de PKN kunnen onttrekken of kunnen uittreden (nr. 4.3). Ten slotte wordt de vertegenwoordiging van de kerkelijke rechtspersoon, met name de PKN-gemeente besproken (nr. 5).
Alvorens ik hiertoe over ga, zal ik ten behoeve van de niet in het Protestantse kerkrecht en de Protestantse terminologie ingewijde lezer een korte uitleg geven van de structuur van de PKN.2 In de eerste plaats noem ik de rechtsbronnen. De ‘grondwet’van de PKN wordt gevormd door de kerkorde. Daarnaast zijn er veertien – meer concrete – ordinanties, die zijn te vergelijken met uitvoeringswetten. Ten slotte zijn er generale regelingen; dat zijn nadere uitwerkingen van elementen uit de kerkorde of een ordinantie.3 Dit zijn alle regelingen voor het gehele kerkgenootschap. Zij zijn door de…