De waarde van waarborgsom en bankgarantie bij faillissement van de koper
Samenvatting
De conclusie van Weyenborg in zijn artikel in Vastgoedrecht 1996 nr 1, dat de waarborgsom door de koper ter zake van een koop bij de notaris gestort, in het faillissement valt van de koper als de curator met toepassing van art. 37 Fw deze koop ontbindt, is volgens Kleyn juist, evenals de constatering dat een door een notaris in te roepen bankgarantie hier beter voor de verkoper zou werken, omdat het verschuldigde 'boete'bedrag buiten de failliete boedel om door de bank aan de notaris kan worden voldaan en vervolgens onbelemmerd door de notaris aan de verkoper. Volgens Kleyn zal men ook de bij een bankgarantie door de notaris geïnde gelden moeten abstraheren van de door de curator ex art. 37 Fw ontbindbare koop. De meest safe oplossing om de verkoper te beschermen tegen faillissement van de koper is een afgifte van een bankgarantie door de koper ten behoeve van de verkoper, waarbij de verkoper een privatieve last afgeeft aan de notaris overeenkomstig art. 7:423 BW om dit bedrag te innen op eigen naam doch voor de verkoper in alle gevallen dat de koper niet afneemt (dus ook in het geval van art. 37 Fw).
Tekst
In de eerste aflevering van het nieuwe tijdschrift Vastgoedrecht, 1996 nr 1 bladzijde 26 komt Weyenborg in zijn artikel over dit onderwerp tot de mijns inziens juiste conclusie dat de waarborgsom door de koper ter zake van een koop bij de notaris gestort, in het faillissement van de koper valt als de curator met toepassing van artikel 37 Fw deze koop ontbindt. In dat geval blijkt immers achteraf de waarborgsom onverschuldigd betaald te zijn en de curator…