Handel in verlies-bv’s
Een lege bv met compensabele verliezen kan aantrekkelijk zijn voor een koper met winstgevende activiteiten. Immers, door inbreng van de winstgevende activiteiten in de verliesvennootschap kunnen de verliezen worden benut. Met de zogenoemde anti-misbruikwetgeving heeft de wetgever echter een dam opgeworpen tegen deze handel in verliesvennootschappen.
Volgens de hoofdregel van de anti-misbruikwetgeving vervallen – kort gezegd – de compensabele verliezen, als het uiteindelijke belang in de verliesvennootschap in belangrijke mate (30% of meer) wijzigt. De Hoge Raad heeft beslist dat deze regeling ook ziet op winsten behaald in het jaar van belangwijziging. Deze zijn dus niet meer verrekenbaar met de verliezen, ook niet als de winsten feitelijk zijn ontstaan voor de belangwijziging.
Niet verrekenbare winst
Een vennootschap heeft tot en met 2013 verliezen opgebouwd. Op 1 oktober 2014 worden de aandelen verkocht aan een derde. Over de periode 1 januari tot en met 30 september heeft de vennootschap een winst behaald. Deze winsten mogen dus niet verrekend worden met de verliezen.
Op de hoofdregel zijn wel enkele uitzonderingen. Dit is het geval bij een geoorloofde belangwijziging of als wordt voldaan aan de zogenoemde beleggings- en inkrimpingstoets.
Geoorloofde belangenwijzingen
De verliezen blijven – in weerwil van de hoofdregel - bij wijziging van het belang toch in stand als de:
-
wijziging ziet op een verkrijging krachtens erfrecht of huwelijksvermogensrecht;
-
verkrijger al een derde deel van het belang had;
-
belastingplichtige niet bekend is of had kunnen zijn dat het uiteindelijke belang in belangrijke mate is gewijzigd en de belangwijziging niet uitstijgt ‘boven wat gebruikelijk is’. Deze uitzondering ziet vooral op beursgenoteerde vennootschappen.