Het Nederlandse erfrecht in de negentiende eeuw
Een historisch en anekdotisch essay
1. Inleiding
Hoewel ik ben opgeleid als mediëvist, dat wil zeggen: als historicus van de Middeleeuwse Geschiedenis, wil ik graag trachten te voldoen aan het verzoek van de Redactie om een bijdrage te leveren over het Nederlandse versterferfrecht ná de Franse Revolutie, ofwel het wettelijke erfrecht in de negentiende eeuw. Ik doe dat ‘al verhalende’; vandaar de ondertitel ‘Een historisch en anekdotisch essay’. Mijn bijdrage aan dit themanummer is een verhandeling die historisch van karakter is en mitsdien minderjuridisch, en die anekdotisch is qua sfeer. Deze bijdrage is aldus met recht te beschouwen als een opstel ‘in de marge van het erfrecht’.
2. De Franse en Bataafse Revoluties en hun betekenis
De invloed van de Franse Revolutie (1789) op de beschaving van het avondland is nauwelijks te overschatten. Aan het einde van de achttiende eeuw rommelde het op vele plaatsen. Niet alleen in Frankrijk, maar ook elders wankelden de anciens régimes. De Amerikaanse koloniën streden hun onafhankelijkheidsstrijd tegen de Britse over- heersing (resulterend in de Declaration of Independence van 1776), in de Zuidelijke, toentertijd Oostenrijkse, Nederlanden vond in de jaren 1789-1792 de weinig bekende Brabantse Omwenteling plaats. Deze strijd, gericht tegen de zogenoemde ‘verlichte despoot’ Jozef II, sinds 1780 opvolger van zijn moeder keizerin Maria Theresia, wordt nog maar zelden aan de vergetelheid ontrukt, maar is voorzeker het vermelden waard.3 De Brabantse Omwenteling is niet te beschouwen als de ‘moeder’ van de Franse Revolutie, maar als een Zuidnederlandse variant ervan. De pendant van de Franse Revolutie in de Noordelijke…