Opeising van direct opeisbare geldlening was in strijd met redelijkheid en billijkheid
X heeft in 2004 een woning van haar ouders gekocht die daarbij het recht van gebruik en bewoning hebben voorbehouden. Bij de levering is de koopprijs van ruim € 120.000 omgezet in een geldlening die “te allen tijde opeisbaar is”. Sinds 2014 is een geschil over deze lening ontstaan. De moeder van X heeft betaling van de hoofdsom en rente verzocht. Omdat X dit heeft geweigerd, heeft moeder uit kracht van de grosse van de leveringsakte executoriaal beslag gelegd op goederen van X. De voorzieningenrechter heeft…
Wetgeving | Art. 6:2 BW |
---|---|
Jurisprudentie | ECLI:NL:GHARL:2016:7162 |
Officiële publicaties | |
Europese regelgeving | |
Soort nieuws | Uitspraak |
Publicatiedatum | 19-09-2016 |
Nummer | 2016/0232 |