Naar de inhoud

Willekeurige afschrijving en autokosten

Het is een van de veel voorkomende vragen tijdens autobelastingcursussen: hoe zit het nu eigenlijk met de combinatie tussen willekeurige afschrijving (Vamil) en de autokosten van de onderneming? De bijtelling voor IB-ondernemers is namelijk beperkt tot maximaal de werkelijke autokosten in het desbetreffende jaar.

Een aantal jaren geleden heeft de Hoge Raad al eens beslist dat u geen fictieve afschrijvingen hoeft mee te tellen bij deze autokosten. In die zaak ging het om een auto uit de handelsvoorraad waarover niet afgeschreven werd. De inspecteur nam toen een fictieve afschrijving als kostenpost mee, maar werd door de Hoge Raad teruggefloten.

In het geval van de Vamil mag u onder voorwaarden willekeurig afschrijven. Stel: u schrijft niet of erg weinig af, betekent dit dan ook dat u in dat jaar minder autokosten hebt en daardoor de bijtelling kunt drukken? Mede-autobelastingspecialist Jan Rolleman heeft de Belastingdienst om uitsluitsel gevraagd. Het Landelijk Coördinatiepunt Auto heeft hem bericht dat men in het geval van een willekeurige afschrijving niet uit gaat van de werkelijke afschrijving, maar van de afschrijving die zou hebben plaatsgevonden wanneer men niet willekeurig zou afschrijven. Een soort genormaliseerde afschrijving. Wanneer u in een bepaald jaar kiest voor een hoge afschrijving, levert dit standpunt u een voordeel op. Wanneer u in een bepaald jaar kiest voor een lage afschrijving is dit standpunt nadelig. Of de opvatting van de inspecteur strookt met de opvattingen van de Hoge Raad moet de toekomst uitwijzen, maar nu weet u in ieder geval hoe de Belastingdienst hier over denkt.

auteur: Heleen Elbert